‘Ik had me net voorgesteld in het teamoverleg. Direct daarna werd de telefoon voor de woordvoering naar mij doorgeschakeld. Ik wist niet eens met welke organisatienaam ik moest aannemen! GGD, GGD GHOR, iets anders?’ Zo begint voor interim-woordvoerder Suzan Demirhan bij de landelijke coronabestrijdingsorganisatie een maandenlange rollercoaster. Naast haar in het achtbaankarretje: collega Jacqueline Toonen. Het is het voorjaar van 2021 en de eerste vaccinatiecampagne draait volop.
Wat Jacqueline bij haar start aantrof? ‘Een chaos, enorme drukte en collega’s die al sinds het begin van de pandemie met man en macht aan het werk waren en woordvoering ‘erbij’ deden. De perstelefoon rinkelde doorlopend en het was nog even zoeken naar collega’s die alles wisten over testen, vaccineren en bron- en contactonderzoek.’ Suzan haakt aan: ‘Het eerste wat we dan ook deden: kernboodschappen maken, want we hadden geen idee wat de stand van zaken was. Daarom begonnen we gelijk overzicht te creëren: wat waren de thema’s waarop we heldere mediaboodschappen moesten formuleren en wat is er al door de GGD’en gedaan en zit eraan te komen?’
Niet iedereen lastigvallen
Al snel bleek gelukkig dat de portefeuilles na een jaar intern heel goed waren verdeeld over verschillende communicatieteams. Hierdoor waren er voor communicatie goede aanspreekpunten voor de 3 programmalijnen testen, vaccineren en bron- en contactonderzoek. Jacqueline was er blij mee: ‘Zo hoefden wij niet bij allerlei mensen te shoppen, want zíj haalden de informatie voor ons op. Dat gaf ook rust voor de interne organisatie. We hoefden immers niet iedereen lastig te vallen.’
‘Doorsnee’ woordvoerdersdag in coronatijd
Suzan overwoog nog even om ook met Jacqueline een verdeling te maken, maar dat bleek onhaalbaar. ‘We waren maar met z’n tweeën en alle vragen, rijp en groen, kwamen bij ons binnen. Continu waren we aan het multitasken. Vanuit huis zaten we de hele dag in online overleggen. Ondertussen namen we de telefoon aan en beantwoordden we apps van collega’s. We zaten dan ook in zeker 25 appgroepen, van RIVM en VWS tot alle woordvoerders van de 25 GGD-regio’s. Elke dag werden in al die appgroepen vragen gesteld en issues onderling gedeeld.’
Jacqueline haakt erop in: ‘En in meetings zochten we bijvoorbeeld uit: wat zijn de feiten, welke antwoorden op vragen van journalisten kunnen we al geven en waar is nog onduidelijkheid over? Soms was er nog geen besluit over iets. Dan zochten we uit of het bij RIVM, bij VWS of bij ons lag om hierover iets naar buiten te brengen.’
Gewerkt als een soort kwantumcomputer
’s Avonds was Suzan vaak schor en uitgeput van het feit dat haar brein die dag als een soort kwantumcomputer had gewerkt om alle processen en informatie te verwerken. ‘Mijn man zei soms dat het leek of ik in mijn eentje een callcenter runde. Ik was immers de hele dag aan het praten. Het werk stopte soms pas laat in de avond, zeven dagen per week. Ik snap nog steeds niet hoe ik het heb gedaan. Teamwork… dat is de enige verklaring die ik heb.’